Augustus 2004, 32 weken zwanger. Nog maar een paar weken werken en dan begint het grote zwangerschapsverlof. Op m’n werk komen steeds meer vragen als “ben je er al klaar voor om moeder te worden?” en “wat verwacht je van het moederschap?” Makkelijk gesteld die vraag. Maar het antwoord wil maar niet goed komen. Mijn hersens zoeken naar de juiste woorden, maar er is nog geen mapje moederschap aangemaakt. Het enige wat verschijnt is ruis. Het moederschap? “Uuuh, tja, ben ik er klaar voor?” stamel ik. “Het kamertje is bijna af en in m’n verlof ga ik me helemaal voorbereiden!”
Augustus 2004, 33 weken zwanger. Ik krijg het steeds vaker benauwd. Ik met een baby? Ik weet niets van baby’s. Heb vroeger nooit 'gebabysit'. Heb eigenlijk niets met baby’s. Ik weet niet hoe je een luier verschoont. Voel me onhandig als ik plotseling een baby van een vriendin in mijn armen gedrukt krijg, helemaal als deze ook nog de fles moet krijgen. Ik voel me opgelaten en ongemakkelijk. Waarom was ik hier ook al weer aan begonnen?
Augustus 2004, 34 weken zwanger. Voor het eerst waag ik me in babywinkels. Eindelijk ben ik in de 'mood' om de babykamer te gaan inrichten. Krijg ik zin om babydingen te kopen. Op een vrije dag kopen Henno en ik een lamp voor de babykamer en ga ik eindelijk los op kleertjes. Er begint geloof ik iets te kriebelen… Nog een week werken en dan eindelijk verlof.
30 augustus, 35 weken zwanger en plotseling uit m’n dagelijkse routine gerukt. Vanmiddag nog op m’n werk, nu met een rode neus in een ziekenhuisbed. M’n vliezen zijn gescheurd en de baby is te klein. Langzaam begint het tot me door te dringen. Ik moet hier blijven tot de baby er is. Ik kom voorlopig niet meer thuis. De volgende keer dat ik thuis ben, ben ik moeder.
1 september 2004. Nacht. Ik lig weer in mijn ziekenhuisbed en kan alleen maar lachen. Naast m’n bed staat een polaroid-foto van een verkreukelde baby met een gigantisch infuus aan haar armpje. Ik heb een dochter! Eén verdieping lager ligt een héél klein meisje met lange benen, in een glazen bakje. Mijn dochter! De adrenaline giert door mijn lijf. Ik lig alleen in mijn bed en lach. Ik ben moeder.
In de weken die volgen bestaat mijn wereld uit het ziekenhuis en mijn eigen slaapkamer. De rest van de wereld om me heen neem ik alleen vaag waar. Het enige dat telt is mijn net geboren gezinnetje. Het focussen gaat vanzelf. De natuur bepaalt.
Eind september. We hebben plotseling een klein meisje in huis. Raar. Ik ben full time moeder: luiers, borstvoedingen, alles er op en er aan. En het gaat me goed af. Want er is iets veranderd. Er is iets wezenlijks anders in mijn lijf. Bij alles wat ik doe voel ik het.
Ik ben 100% moeder. Dat is geen keuze. Dat is.
Augustus 2004, 33 weken zwanger. Ik krijg het steeds vaker benauwd. Ik met een baby? Ik weet niets van baby’s. Heb vroeger nooit 'gebabysit'. Heb eigenlijk niets met baby’s. Ik weet niet hoe je een luier verschoont. Voel me onhandig als ik plotseling een baby van een vriendin in mijn armen gedrukt krijg, helemaal als deze ook nog de fles moet krijgen. Ik voel me opgelaten en ongemakkelijk. Waarom was ik hier ook al weer aan begonnen?
Augustus 2004, 34 weken zwanger. Voor het eerst waag ik me in babywinkels. Eindelijk ben ik in de 'mood' om de babykamer te gaan inrichten. Krijg ik zin om babydingen te kopen. Op een vrije dag kopen Henno en ik een lamp voor de babykamer en ga ik eindelijk los op kleertjes. Er begint geloof ik iets te kriebelen… Nog een week werken en dan eindelijk verlof.
30 augustus, 35 weken zwanger en plotseling uit m’n dagelijkse routine gerukt. Vanmiddag nog op m’n werk, nu met een rode neus in een ziekenhuisbed. M’n vliezen zijn gescheurd en de baby is te klein. Langzaam begint het tot me door te dringen. Ik moet hier blijven tot de baby er is. Ik kom voorlopig niet meer thuis. De volgende keer dat ik thuis ben, ben ik moeder.
1 september 2004. Nacht. Ik lig weer in mijn ziekenhuisbed en kan alleen maar lachen. Naast m’n bed staat een polaroid-foto van een verkreukelde baby met een gigantisch infuus aan haar armpje. Ik heb een dochter! Eén verdieping lager ligt een héél klein meisje met lange benen, in een glazen bakje. Mijn dochter! De adrenaline giert door mijn lijf. Ik lig alleen in mijn bed en lach. Ik ben moeder.
In de weken die volgen bestaat mijn wereld uit het ziekenhuis en mijn eigen slaapkamer. De rest van de wereld om me heen neem ik alleen vaag waar. Het enige dat telt is mijn net geboren gezinnetje. Het focussen gaat vanzelf. De natuur bepaalt.
Eind september. We hebben plotseling een klein meisje in huis. Raar. Ik ben full time moeder: luiers, borstvoedingen, alles er op en er aan. En het gaat me goed af. Want er is iets veranderd. Er is iets wezenlijks anders in mijn lijf. Bij alles wat ik doe voel ik het.
Ik ben 100% moeder. Dat is geen keuze. Dat is.