Ik behoor tot de categorie ‘niet zo strenge moeders’. Ik heb
geen regels over wanneer er gesnoept mag worden en hoeveel tijd ze voor een
beeldscherm mogen doorbrengen. Van mij hoeven de kinderen ook niet ‘eerst
iets hartigs en dan pas zoet’ op de boterham en ik heb nogal eens moeite
met ‘nee’ zeggen. Daardoor loopt het wel eens uit de hand en kan het zijn dat
Teun de hele ochtend Dora-filmpjes kijkt, en ze iets snoepen op een moment dat
het eten bijna op tafel staat. Daar voel ik me natuurlijk ook regelmatig
schuldig over, want alla ik ben ook maar een mens en een moeder, en je schuldig
voelen hoort nou eenmaal bij ons soort. Ik denk dus regelmatig dat ik mijn
kinderen veel te veel verwen en dat ik te veel de makkelijke weg kies, maar dat
weet ik dan vaak ook wel weer snel recht te praten door te bedenken dat ik
gelukkig hele dunne kinderen heb, die ook best van gezond eten houden. En die
ook heel goed zelfstandig kunnen spelen. En trouwens ik ben vorige week met
Teun op babygym gegaan en Keet heeft nog nooit een gaatje gehad bij de
tandarts.
Vorige week was ik met mijn lieve vriendin P. op vakantie die
sommige dingen totaal anders doet. Zo heeft zij bijvoorbeeld het vier-uurtje
ingesteld; hét tijdstip waarop de kids iets mogen snoepen. Liggen haar kinderen
iedere dag keurig op tijd op bed (en slapen ook nog eens de hele nacht in hun
eigen bed) en heeft ze een formule om te bepalen hoeveel zakgeld ieder kind
krijgt. P. is een supermoeder van drie kinderen en ik hoor graag hoe zij het
doet, om daar zo af en toe een goede tip uit te halen en om soms te concluderen
dat het bij ons toch echt anders gaat. Wat gelukkig door ons allebei volledig
wordt geaccepteerd en gekoesterd.
De zakgeldformule (20 cent x de leeftijd van het kind)
heb ik gretig overgenomen. Ik had namelijk net de week ervoor een artikel in de
Volkskrant gelezen over een onderzoek dat uitwees dat kinderen die zich leren
‘beheersen’ op jonge leeftijd, die al beter leren met wilskracht succesvoller
zijn op school en in het verder leven. Nou met mijn ‘opvoedtechnieken’ lappen we
dat beheersen behoorlijk aan onze laars. Ook stond in het artikel iets over
kinderen met geld om laten gaan en ze bewust te laten sparen. Ook daar viel bij
ons nog wel wat op af te dingen. Want Keet en Teun kregen op willekeurige momenten
muntjes toegestopt die toevallig ergens op tafel lagen. Daar gingen we dus wat
aan doen. En met de rekenformule van P. krijgt Keet nu iedere zaterdag €1,60.
Maar dan nog dat snoepen. En die beeldscherm-uren. Ga ik ze
daar nou echt schade mee berokkenen als ik daar zo vrij in blijf? Worden (of
zijn) mijn kinderen slappe verwende nesten doordat ik ze nu zo vrij laat?
En dan valt mijn oog op de grote schaal met St. Maarten-snoep.
Verzameld toen ik een paar uur vliegen verderop in de zon lag, onder toeziend oog van papa. Ik weet niet hoe
vol de bak was, maar ik weet wel dat de bodem vijf dagen na deze snoep-inzamel-dag nog steeds
niet te zien was. Maar wat nog vreemder was aan deze bak snoep, was dat hij niet
keurig in de ‘snoepkast’ in de keuken stond, maar pontificaal in de slaapkamer
van Keet, naast haar bed. Het bevreemde mij best, maar ik stapte er overheen en
ging andere dingen doen.
En zo zijn we opeens een week verder. De snoepbak staat nog
steeds op dezelfde plek. En is nog steeds praktisch vol. Er zijn dus zeven dagen voorbij gevlogen waarin de bak niet of nauwelijks is aangeraakt. Niet door Keet en ook niet stiekem door haar kleine broertje. Ze hebben zo hier en daar wel om iets lekkers gevraagd en om koekjes gezeurd. Maar ik kan me niet herinneren dat ik deze week extra snoep heb gekocht. De bak is nog vol. De kinderen nog steeds lief, gelukkig, blij en beleefd. Ik geloof dat ik me voorlopig
niet druk ga maken over de zelfbeheersing van mijn kinderen!