woensdag 2 december 2009

Horeca-momenten

Ik werk op een groot kantoor met veel mannen in grijze pakken. Voor mijn collega’s is het belangrijk dat ze goed leren omgaan met klanten. Dat ze goede gesprekken voeren, interesse tonen, dat ze leren luisteren en dat soort basale dingen. Zodat hun klanten zich gewaardeerd voelen en blijven terugkomen. Daarvoor krijgen ze dure cursussen en gaan ze tegenwoordig zelfs met Herman den Blijker koken voor klanten. En onlangs kreeg een groep grijze pakken een lesje gastvrijheid van een hotelgoeroe. Want in de horeca weten ze tenslotte hoe het moet.
Zo was ik laatst samen met vriendin D. in een –volgens Iens.nl- bedwelmend hippe nieuweling. De avond verliep voorspoedig. We konden snel aan tafel, dronken lekkere drankjes, hadden goede gesprekken en goed eten. We werden vriendelijk bediend door een redelijk aantrekkelijke ober. We waren in ons nopjes. En alhoewel D. niets meer wilde, besloot ik toch voor de crème brulee te gaan. En ook die was goed! Het liefst had ik het schaaltje nog willen uitlikken, maar heus ik hield me in. De vriendelijke ober kwam langs en wierp een blik op onze tafel “zo” zei hij terwijl hij het schaaltje afruimde, “dat ging er wel in zo te zien, wil je er nog één?”. Ik zag een denkwolk boven zijn hoofd hangen met “vuilnisvat”. Ik keek naar D. en keek naar de opeens iets minder aantrekkelijke ober. “Wat een rare opmerking” zei ik en keek hem verbaasd aan. Hij droop af. En kwam niet meer terug. D. en ik hadden eigenlijk nog wel wat drinken gebliefd, maar de bediening was blijkbaar klaar vanaf dat moment.
Een tijdje later zat ik bij mijn favoriete restaurant in Amsterdam (wat mij betreft zeker een bedwelmend hippe nieuwkomer). Ook hier goed eten, goede gesprekken, redelijk aantrekkelijke bediening en in ieder geval een briljante omgeving. Hier kreeg ik halverwege het diner de vraag of “het eten een beetje binnen te houden was”. Ja ja, it’s a fine line tussen vriendelijk gastvrij en te amicaal. Horeca is ook een vak.
Nog eentje dan. Een horeca-momentje. Afgelopen zaterdag kwamen we onverwacht terecht in een Zandvoorts restaurant aan zee. Ergens uit een vaag verleden herinnerde ik mij dit restaurant als plek voor patjepeeërs en penoze, maar voor deze zaterdag een prima plek voor een snelle hap. Met vier volwassenen en vier kinderen gingen we aan een tafel voor zes personen zitten. We dronken lekkere wijn, hadden goeie gesprekken, aardig eten en de kinderen zongen “waanzinnig gedroomd” en “Klik klak”. Zo’n twee uur later gingen we weg. We werden uitgezwaaid door de vriendelijke ober en we reden terug naar Utrecht met een glimlach en een warm vakantiegevoel.
Maar waar ‘t ‘m nou echt in zat die avond dat krijg ik niet in woorden. Het was een gevoel, een sfeer. Het was iets wat misschien niet aan te leren valt maar wat je gewoon moet hebben. Het was gewoon gastvrijheid.