woensdag 20 juli 2005

Snel

Keet is opeens geen baby meer. Ze kruipt daar waar ze naar toe wil. Zit op de fiets, zwaait naar iedereen, eet brood en is uit de maxi cosi gegroeid. Dus zit ze nu rechtop in haar autostoeltje op de achterbank en kijkt mee naar buiten. Het liefst zwaait ze dan ook naar voorbijkomende vrachtwagenchauffeurs. De box en haar bed staan op de laagste stand omdat ze soms zomaar ineens tegen de rand aan staat. Opeens gaat het snel. Al maandenlang zeggen mensen tegen me: “Geniet er maar van, het gaat zo snel”. En dan vond ik dat wel meevallen. Ik kon niet wachten tot ze zou gaan lopen, praten en zelf uit haar bedje zou kruipen en in haar pyjamaatje naar onze slaapkamer zou komen.
En nu lig ik op de bank bij te komen van de werkdag en Keet speelt op het kleed. Ze tijgert op de boekenkast af en drukt zich op in de kruiphouding. “Wat nu?” zie ik haar bijna denken. Heel voorzichtig haar ene knie voor de andere. Wow, wat doet ze het goed! Dit moment wil ik het liefst even bevriezen. Het is nu zo leuk, en wat gaat het nu inderdaad opeens vlug. Vorige week zei H. ook een keer, toen hij heel trots naar Keet’s kruipacties zat te kijken: “ raar hè, dit krijgen we nu nooit meer terug”. En plotseling begrijp ik waarom er zoveel mensen videocamera’s op hun kinderen loslaten.
“Het wordt alleen maar leuker.” Nog zo’n cliché dat waarschijnlijk ook al waar is. Zou dat ook zo zijn als ze 14 is, 20 of straks zelfs 34?
“Ik wou dat ze zo groot bleef als ze nu is” zei H. deze week.
Tijd is echt een heel ongrijpbaar begrip. Terugkijkend gaat alles heel snel, vooruitkijkend kan het je niet snel genoeg gaan (straks gaat ze praten, en lopen!) en ondertussen wil je soms ook dat de tijd even stilstaat. Dat ze blijft zoals ze is, want nu is ze echt op haar leukst.
Ingewikkeld. Des te meer omdat je geheugen ook niet goed meewerkt. Als ik nu een babytje van een paar maanden zie, kan ik me al niet meer voorstellen dat Keet ook ooit zo was. En toen ik afgelopen weekend de twee maanden oude Lola vasthield, voelde het heel erg onwennig. Zo’n kleine wurm in je armen. Terwijl ik dat met Keet toch echt normaal vond.
Het beeld van hoe Keet een paar maanden geleden was, is al wazig geworden en hoe ze er in de toekomst uit zal zien is nog helemaal vaag (Met haar? Met tanden?). Dus er zit niets anders op dan in het hier en nu te leven. En om er inderdaad dan maar gewoon enorm van te genieten. Want voor je het weet.....